MARUM-Molukkers en niet-Molukkers kwamen vrijdagavond 6 april bijeen in de bibliotheek van Marum om elkaar verhalen over Kamp Nuis te vertellen. Gastheer Theo de Groot, theatermaker en docent Groninger taal en letterkunde, ging in gesprek met gasten en met het publiek tijdens het verhalencafé. Zo vertelde tante Anneke uit Hoogkerk dat ze als blanke met een Molukker trouwde en in het kamp ging wonen. Daar werd ze opgenomen in wat ze omschreef als een grote warme familie.
Mevrouw Lieffering uit Nuis had een Vivo winkel waar de bewoners van het kamp kruidenierswaren kochten. Vooral het assortiment kruiden werd enorm uitgebreid en dat bracht ook smaak aan het Nederlandse eten.
De verhalen zijn opgeschreven en worden gebruikt voor het Nederlands-Molukse theaterproject AAN DE ANDERE KANT. In september vinden voorstellingen plaats in Appingedam, Hoogkerk en Bovensmilde, maar niet in Nuis.
Op de site gedeeldeverhalen staan ontroerende videoclips van leerlingen van het Harens Lyceum en het Montessori Lyceum in Haren over herinneringen aan de komst van oud KNIL-soldaten naar Nederland.
‘Verneukt’
Naast Nuis werden de Ambonezen, zoals ze bij hun komst in 1951 werden genoemd, ondergebracht in de Carel Coenraadpolder bij Appingedam. De bewoners van dit kamp wilden niet verhuizen naar de Molukse wijk in Appingedam. Het kamp moest zelfs worden ontruimd. Verhuizing betekende voor hen dat ze nooit meer terug zouden keren naar Ambon en het verlies van hun status als KNIL militair. Op de vraag waarom de verhuizing in Marum niet tot problemen leidde, zei een van de aanwezige Molukkers: “We waren toch al ‘verneukt’ dus gingen we maar.”