MARUM-In 1951 kwamen de eerste Molukkers naar het kamp Nuis. Dat is nu 65 jaar geleden. Het verblijf was tijdelijk, want de Nederlandse regering zou zich inzetten voor een vrije republiek op de Molukken. Maar het onafhankelijke Indonesië wilde dit niet en internationaal kreeg Nederland hiervoor de handen ook niet op elkaar. Hoewel bij een groot aantal van de eerste generatie Molukkers de koffer letterlijk ingepakt bleef staan voor vertrek, waren ze gedoemd om hier te blijven
Van de eerste generatie zijn er nog maar een paar in leven. De reden van de komst van deze Molukkers met hun vrouwen en kinderen is heden ten dage in de vergetelheid geraakt. Het waren geen vluchtelingen, noch asielzoekers, maar gewoon Nederlanders die voor het overgrote deel in dienst waren van het Koninklijke Nederlandse Indonesische Leger. Toen Nederland de oorlog tegen Indonesië verloor moesten alle militairen noodgedwongen vertrekken.
De Molukkers werden verspreid over diverse kampen in Nederland, waarvan Nuis er een was. Hier woonden 250 Molukkers, waaronder een aantal vrijgezellen in een speciale barak. De jonge kinderen die meekwamen hebben geen slechte herinneringen aan het kamp, dat voor hen een grote speelplaats was. Wel kregen ze mee dat hun ouders boos waren over de situatie waarin ze waren beland. Ze moesten in Nederland blijven en waren ontslagen uit het KNIL.
Het kamp werd in 1963 ontmanteld. Marum is de enige plek in het Westerkwartier waar Molukkers kwamen wonen. Ook vertrok er een groep naar Drachten en Hoogkerk. Dit jaar is door de Werkgroep 2e generatie Molukkers met twee bijeenkomsten in het wijkcentrum Bunga Pala in Marum een herdenking georganiseerd. Onder leiding van Deborah Siahaya en Paulus Pattiapon werd er gesproken over 65 jaar Molukkers in Nederland: Wat betekent het voor jou en hoe ga jij ermee om?
Deborah is opgegroeid in de Molukse wijk in Marum. Ze woont nu in Amsterdam waar ze werkt bij de SNS bank als Resource Manager. Ze heeft het gemaakt in het bedrijfsleven. Maar toen ze vroeg aan de meer dan honderd aanwezigen wie er nog meer een baan in het bedrijfsleven heeft of een eigen bedrijf, gingen er weinig vingers omhoog. Een van de aanwezigen meldde dat hij onder de naam Jansen wel voor een sollicitatie gesprek wordt uitgenodigd, maar niet onder zijn eigen Molukse naam. En de sollicitatiebrief was precies dezelfde. Molukkers moeten veel meer hun best doen willen ze voor hetzelfde werk in aanmerking komen als een blanke Nederlander.
Jacob Sahertian, voorzitter wijkraad, benadrukte in een emotionele toespraak dat het doel van een vrije Republiek op de Molukken niet vergeten mag worden. Hij loopt na zijn toespraak zichtbaar geëmotioneerd de zaal in.
Een meisje in de basischoolleeftijd vertelt dat ze trots is op haar Molukse achtergrond. Ze danst bij de dansschool SDM en is het enige meisje met een kleurtje. Dat maakt haar speciaal in de groep. De 12-jarige Farinho Kailola uit Hoogkerk imponeert met zijn prachtige stem als hij een lied zingt. Voor zijn optreden vertolkt hij de gevoelens van velen als hij memoreert aan de Molukkers die voor de Nederlandse vlag hebben gestreden en zijn gestorven en daar niet de waardering voor hebben gekregen die ze verdienen.
Een oudere vrouw is bang dat tradities verdwijnen, zoals samen koken als iemand overlijdt. Jongere meiden geven aan dat ze werken en dat ze geen vrij kunnen vragen voor het bereiden van de maaltijden. Na aandringen van Deborah wordt er aan een oplossing gewerkt; ‘ s avonds groenten snijden, anders alleen soep en brood.
Aan het eind van de bijeenkomst maakt de ritmische muziek het enthousiasme los. Er wordt geklapt en gedanst.