LEEK-Dominee Foppe de Jong wordt 9 mei 90 jaar. “Absoluut geen bloemen en visite,” benadrukt De Jong. “Ik hou niet van verjaardagen”. Toch valt er heel wat te vieren, want twee keer is de dominee aan de dood ontsnapt. De eerste keer in 1943 toen zijn vader, die door de Duitsers werd meegenomen en doodgeschoten bij Trimunt, eiste dat hij langzaam weg moest lopen. Vorig jaar kreeg hij in september een hersenbloeding. Ternauwernood kon hij de alarmknop indrukken. De politie moest uiteindelijk de deur openbreken om hem te redden.
Niets heeft hij er aan overgehouden. Foppe is net verhuisd naar een appartement in de ‘Vaandrager flat’ en kijkt uit op het winkelcentrum van Leek. “Het is hier zo prachtig licht.” In de kamer hangt het portret van zijn vader die hij op bijna 13-jarige leeftijd al moest missen. Foppe’s geboortehuis stond in Lucaswolde, drie huizen vanaf IJe Wijkstra. “Moeke was altijd al doodsbenauwd voor hem”. Foppe werd drie maand na het drama, waarbij vier politieagenten werden doodgeschoten door IJe, geboren.
Zijn grootvader groeide op in Doezum. Hij was wegwerker, maar had een diepe wens om boer te worden. Al het geld dat hij en zijn zonen verdienden werd gespaard tot ze in 1938 aan De Haar bij Marum een boerderijtje konden stichten met 10 hectare land. “We molken twintig koeien met de hand. Vader was trots toen ik als 10-jarige jongen acht koeien molk. Je houdt er kromme vingers aan over. Vader was streng en wilde niet dat ik dominee zou worden, maar de boerderij zou overnemen”.
Het wrede lot besliste anders. Nadat zijn vader met nog 15 anderen werd doodgeschoten moest de boerderij worden verkocht en ging zijn moeder in de huishouding van anderen werken. ‘Mijn drie dagen oudere vriendje Steven van der Wier werd ook neergeknald. Hij werd vanachter het pomphok meegenomen, terwijl ik langs de rand van de dood naar de buren liep zoals mijn vader dat had bevolen. Ik heb vanaf mijn 10e bijna drie jaar met tuberculose op bed gelegen. Steven bracht mij boeken. Ik heb in die tijd les gekregen in rekenen en taal. In 1945 ging ik op de fiets en met de tram naar het gymnasium in Groningen.”
Kippen dopen
Dominee de Jong wil niet van een roeping spreken. “Van kinds af aan wilde ik dominee worden. Als ik de dominee op zondag vanaf de kansel zag preken, wilde ik dat ook. Ieder mens heeft zo zijn gave. Ik doopte zonder dat vader dat zou zien thuis de kippen. Na de herdoop zes weken later raakten ze van de leg en moest ik er van moeder mee ophouden. Ik heb veel mensen gedoopt, maar nu voelt het net alsof ik door de thuiszorg wordt gedoopt als ik in de douche wordt ondergedompeld. En dat door een meisje dat ik zelf nog heb gedoopt.”
In Kampen studeerde hij vier jaar Theologie. Thuis heeft het nog vijf jaar geduurd voordat De Jong afstudeerde. “De man moet het geld verdienen was in die tijd het idee. Nadat ik in 1955 was getrouwd ben ik in Bakkeveen als jeugdleider en evangelist gaan werken. De studie waar twee jaar voor stond duurde uiteindelijk vijf jaar. Eigenlijk wilde de opleiding niet dat je werkte en studeerde tegelijk. Daar moest je speciaal toestemming voor hebben. Toen ik officieel dominee was ben ik in Appingedam terechtgekomen. Dat ik vandaar naar Veendam ben gegaan kun je wel beschouwen als een roeping. De gemeente stond al heel lang vacant en hebben een indringend beroep op mij gedaan. De directeur van de Avebe zei dat hij mijn preken niet moest, maar zei wel dat ik de gemeente ten dienste kon zijn. Hoe harder ik op de kansel schreeuw, hoe slechter de preek.”
Foppe kwam in Veendam in aanraking met een vrouw die vroeger ‘hoer’ was geweest. Zij had zich bekeerd en zette zich in voor een groep mensen aan de zelfkant van de samenleving. “Elk jaar vierden ze in onze gebouwen kerstfeest en was ik daar ook bij. Toen de vrouw stierf heb ik de uitvaart gedaan. Haar vader sprak daar een dankwoord uit en gaf mij haar erfenis: 300 gezinnen. Ik had daardoor zes begrafenissen in twee weken. Een beroep naar Assen, waar ik heel graag naar toe wilde, heb ik voor deze mensen laten schieten.”
Leek
Acht jaar heeft Foppe in Veendam gestaan, tot zijn oudste zoon zei ‘als je dood wilt gaan, moet je hier door blijven werken’. De wijze raad van zijn zoon opvolgend aanvaardde de dominee wel het beroep in Leek, waar hij van 1975 tot 1983 heeft gestaan. Hier zette hij ontmoetingsavonden op voor alleenstaanden en weduwen. “Als mannen alleen woonden spraken ze nooit een vrouw. En andersom ook niet. We organiseerden gezellige avonden, zonder de bedoeling dat het een huwelijksmarkt was. Gewoon praten met elkaar en dansen. In Leek bestaat dit niet meer, maar in Coevorden , waar ik tien jaar dominee ben geweest, bestaat dit nog steeds.”
Als de dominee spreekt over de ‘onbevlekte ontvangenis’ benadrukt hij dat het een mysterie van de Heilige Geest is dat Jezus ter aarde is gekomen. “Net zo als het een mysterie is dat ik uit die miljoenen zaadcellen ben ontstaan. Bij het samenzijn produceert een man wel 200.000 zaadcellen. Toen ik dit in Grootegast predikte werd ik na de dienst door dokter Jellema verbeterd: het zijn wel 300.000 cellen. Een jonge arts in De Tike zei dat een sterke kerel er wel 400.000 produceert.”
“De kracht van het leven is liefde en zit in kleine dingen. Wat je ook preekt, het Huis van God blijft altijd staan. Ga maar na, ondanks 40.000 scheuringen zorgt de Heilige Geest er voor dat de kerk blijft bestaan.”
Dominee De Jong hoopt in het harnas te sterven. Hij is net weer uit het ziekenhuis, waar hij aan een vaatvernauwing is geopereerd. Het leek erop dat hij een been moest missen, maar hij is weer gered. “Ik preek als het even kan nog. Eind deze maand hoop ik weer in Garijp voor te gaan.”
“Als hij maar niet op de kansel sterft”, zegt zijn vriendin. Foppe de Jong is op 16 september 2022 gestorven.
Over zijn beide zoons, de wereldberoemde organisten, verscheen eerder https://ditiswesterkwartier.nl/leekster-organisten-zijn-wereldberoemd/een verhaal op ditisWesterkwartier.